Kindschap

Romeinen 8: 15: “De geest die gij ontvangen hebt, is er niet een van slaafsheid, die u opnieuw vrees zou aanjagen. Gij hebt een geest van kindschap ontvangen, die ons doet uitroepen: Abba, Vader!”

Velen hebben de indruk dat wanneer je gelooft of bij een kerk behoort, dat je leven dan wordt afgenomen en je aan allerlei regels moet voldoen. Natuurlijk zijn er regels, zoals bij elke sport er regels zijn en zo ook in de maatschappij. De regels waaraan wij ons in de maatschappij moeten houden zijn echter vele male meer dan in de kerk. Juist in de kerk klinkt de oproep om niet opnieuw aan slaafsheid te doen. Door Jezus zijn we bevrijdt van alle banden die ons knellen. Jezus volgen betekent niet opnieuw je aan banden laten leggen, maar Jezus in je toelaten en steeds meer op Hem gaan lijken. De wet die Jezus ons oplegt, die het evangelie verkondigt, is die van liefde voor God en je naaste. Dat betekent inderdaad dat je dingen niet doet en soms juist wel. Dat betekent dat je afziet van voordeel voor jezelf en eerst kijkt of de ander niet tekort komt. Dat de liefde voor de ander leidend is en niet wat je er zelf aan voordeel uithaalt.

Dat is natuurlijk wel de wereld op zijn kop, maar het is een wereld waar liefde de boventoon voert en waar we ervaren dat we kinderen van God zijn. Niet zomaar kinderen, maar zeer geliefde kinderen die God aanspreken als een liefhebbende Vader (of hoe je dat zelf fijn vindt).