Erfgenaam van het evangelie

Efeze 3: 6: “Dat de heidenen in Christus Jezus mede-erfgenamen zijn, medeleden en mededeelgenoten van de belofte door middel van het evangelie.”

Het evangelie is er voor iedereen. In het begin van de christenheid was dat een strijd of niet-Joden ook tot de volgelingen van Jezus behoorden. Toch was dat de opdracht van Jezus: “Ga uit en verkondig aan alle volken het evangelie.” De grote kerkgenootschappen moeten dat weer leren. Dat iedereen er recht op heeft om van het evangelie te horen. Alle niet gelovigen zijn mede-erfgenamen van de belofte om het evangelie te mogen ontvangen. Hiertoe is de kerk geroepen, zijn wij allemaal geroepen, om het evangelie uit te dragen. Niet om zieltjes te winnen, tenslotte moet iedereen zelf bepalen of hij/zij Jezus wil volgen, maar om iedereen de gelegenheid te geven kennis van het evangelie te krijgen. Hoe kan je immers in Jezus geloven wanneer je nooit de gelegenheid hebt gehad iets over Hem te horen? De kerk is geroepen om iedereen die kans te geven. Wanneer je zelf ervaart hoe het evangelie je een leven geeft van vrijheid, blijdschap en kracht in moeilijke omstandigheden, dan gun je dat iedereen en wil je het wel van de daken schreeuwen. Dat schreeuwen doen we meestal niet. Wel dat we aan ieder die het horen wil, vertellen wat geloven met je doet, wat Jezus met je doet.