Achter in de kerk, tegenover het Antoniusbeeld verzorgen Els van der Wielen en Loes Bank de kijk- en geloofstafel. Iedere keer een ander thema. De moeite waard om eens een kijkje te nemen en alle informatie te lezen.
‘Psalter van Maria’
In de vroege middeleeuwen raakte in kloosters het bidden van alle 150 psalmen uit de Bijbel in zwang. De Psalmen werden in een voor Gebed geschikte vorm verzameld in een apart boek, het zogenaamde ‘psalter’ of ‘psalterium’. Voor gewone gelovigen raakten varianten op het psalmgebed van de kloosterlingen in zwang. Zo ontstond een soort ‘volkspsalter’. In plaats van de 150 psalmen werden in de volkspsalters 150 vaste gebedsformules herhaald. Aanvankelijk domineerde daarbij het Onze Vader, maar omstreeks de 14e eeuw werd in het Westen het Weesgegroet het dominante gebed. Het volkspsalter was voortaan een ‘Psalter van Maria’.
Rozenkransgebed
De rozenkrans is de naam van een gebed dat gebaseerd is op 150 weesgegroeten; de naam ‘rozenkrans’ wordt ook gebruikt voor het gebedssnoer dat bij het gebed gebruikt wordt.
Het werd al snel gebruik om in het Psalter van Maria de reeks van 150 Weesgegroeten op vaste plaatsen te onderbreken voor in totaal vijftien Onze Vaders en het overwegen van vaststaande geloofsgeheimen. Daarmee was het rozenkransgebed zoals we dat nu nog kennen een feit.
Bekransing met een snoer van rozen
In de sterke Mariadevotie van de late Middeleeuwen werd het rozenkransgebed al snel zeer populair. Allerlei legenden over het gebed gingen de ronde doen. Aan een daarvan ontleend het gebed zijn naam. Volgens de bewuste legende neemt Maria de Weesgegroeten uit de monden van haar dienaren aan, om ze als rozen aan een snoer te rijgen; met dit snoer bekranst ze zich vervolgens.
Bovenstaande tekst is ontleend aan het artikel over het rozenkransgebed op de site van KRO-NCRV. Wilt u het hele artikel lezen klik hier.