Hebreeën 9: 27: “Het is het lot van de mens eenmaal te sterven, en daarna komt het oordeel.”
We weten dat we allemaal zullen sterven, soms te vroeg en soms te laat, maar onvermijdelijk. Wanneer we het woord oordeel gebruiken, dan schrikken we meestal. Aan oordeel verbinden we vaak veroordeling. Toch vinden we het in het dagelijks leven gewoon om te oordelen of dat een rechter een oordeel uitspreekt. Wanneer we sterven en we voor Jezus verschijnen is de vraag hoe Hij naar ons kijkt en vooral hoe Hij oordeelt. Je kunt in de Bijbel daar twee richtingen in vinden. De ene richting spreekt over een veroordeling waar maar weinigen gered worden. De andere richting kijkt daar heel anders naar en spreekt over een rechtzetten van je leven en over of je rechtvaardig gehandeld hebt, aan wie dan ook.
Al 2000 jaar leert de kerk dat God barmhartig is en vol genade. Dat ervaarden ze overigens ook al volop in het oude testament. Wanneer we met die ogen kijken, van een God die je nooit zal vergeten, zelfs als je moeder dat wel zou doen, dan merken we dat we niet bang hoeven te zijn voor het oordeel van God. Jezus is gekomen om ons te redden van de zonden, van onze fouten en tekortkomingen. Hij heeft zijn leven daarvoor gegeven. Hij wil niet dat er ook maar één mens verloren gaat. Die keuze ligt meer bij ons dan bij Hem. Hij is één en al vergeving. Laat zijn oordeel maar komen.