Reeds voor het jaar 1650 was er in “Kromme Mijdrecht – De Hoef” een (schuil)kerk gevestigd. Deze kerk heeft gestaan aan de Westzijde, ter hoogte van de ophaalbrug. Ook parochianen uit Uithoorn en Mijdrecht aan het water (Amstelhoek) kwamen ter kerke in De Hoef.
Door de bouw van de lange brug in Uithoorn, ontstond daar meer groei mogelijkheden, waardoor het een langgekoesterde wens van de toenmalige pastoor was om de kerk te verplaatsen naar Uithoorn.
Eind 1782 was het zover en werd de kerk in de Schans in gebruik genomen. Vanaf die tijd moesten de Hoevenaren in Uithoorn naar de kerk. Men ging lopend, met paard en wagen of per kerkschuit naar Uithoorn.
Toen er in 1867 een nieuwe kerk in Uithoorn gebouwd moest worden, gingen in De Hoef reeds stemmen op, om in Uithoorn wat kleiner te gaan bouwen en ook in De Hoef wederom een kerkje te bouwen. Dit plan werd echter afgedaan.
Vijf-en-veertig jaar later (februari 1914) brachten de heren:
C. Veenhof, W. van Scheppingen en J. Loman de zaak opnieuw aan het rollen.
Maart 1914 werd tijdens een grote vergadering in café Verhaar (wat nu het restaurant naast de kerk is) een commissie gekozen bestaande uit de heren:
Thijs Wahle voorzitter
Hein Janmaat tweede voorzitter
Hannes Janmaat penningmeester
Jan Loman secretaris
Er volgden jaren van overleg met de bisschop, de vicaris, de deken en de elkaar opvolgende priesters in Uithoorn. In 1916 kwam het wel zover dat kapelaan Balk werd benoemd tot bouwpastoor. Maar helaas was dit van korte duur, omdat al snel bleek dat deze pastoor niet op één lijn zat met de oprichtingscommissie en de Hoevenaren.
In De Hoef werd ondertussen ijverig gespaard voor een eigen kerk en pastorie. Ook het weiden van schapen voor de kerk bracht de nodige geldmiddelen. Uiteindelijk werd op 15 mei 1920 kapelaan Dijkman tot bouwpastoor benoemd.
In het begin van 1915 werd het plan nog begroot op 24.000 gulden. Bij aanvang van de bouw in 1920 was het bedrag al gestegen naar 60.000 gulden. In die tijd stegen de bouwkosten aanzienlijk, door invoering van de 8-urige werkdag en door de bouwmiddelen die steeds schaarser werden, waardoor de kosten uiteindelijk stegen naar de 90.000 gulden.
Het plan van architect Jac. Etmans uit Haarlem werd uitgevoerd door timmerbedrijf J. Koeleman en metselbedrijf Wed. J. van Scheppingen.
De bouw startte op 1 juli 1920. Op 14 september 1920 werd feestelijk de eerste steen gelegd door pastoor Dijkman die op donderdag 31 maart 1921 de eerste Heilige Mis in de kerk van de H. Antonius van Padua in De Hoef kon houden.
Op 10 april volgde de plechtige inzegening van kerk en kerkhof door deken Pieck uit Breukelen en werd officieel de parochie opgericht. Na 139 jaar had De Hoef weer een eigen kerk.
Het eenvoudige interieur wat in de begin jaren tweede hands is aangekocht, is in de loop der jaren vervangen en verfraaid.
Zeker na de tweede wereldoorlog, toen de kerk door de zeer zuinige pastoor Spruijt van zijn schulden was bevrijd, is door de volgende pastoor van de Burgt, de kerk met prachtige gebrandschilderde ramen verfraaid.
In 1949 is door het kerkbestuur het orgel aangekocht voor een bedrag van 3300 gulden. Dit orgel is gebouwd in 1829 als frontorgel voor de oude kerk in Breukelen. Het is in de kerk in De Hoef evenals in de vernieuwde kerk in Breukelen midden op het koor geplaatst op een verhoging i.v.m. de blaasbalg. Na ruim 150 jaar intensief gebruik was het orgel nog nauwelijks bespeelbaar, toen in september 1990 de Firma J.J. Elbertse uit Soest met de restauratie begon. Na 14 maanden kon op 12 december 1991 het orgel weer bespeeld worden, het was weer als nieuw. Tijdens de restauratie is het orgel in het front van het koor geplaatst, de plaats waar het oorspronkelijk thuis hoorde en ook kreeg het zijn oorspronkelijke kleur weer terug. Dit orgel is het enige “Wander Beekes-orgel” dat nog geheel origineel is. Geen van de oorspronkelijke 830 pijpen ontbreekt. Dit orgel is onvervangbaar en daarom geplaatst op de lijst van Rijksmonumenten.
Helaas zijn in de jaren ’60 van de vorige eeuw tijdens de moderne beeldenstorm ook weer fraaie onderdelen van het interieur verdwenen, zoals het hoofdaltaar, de met houtsnijwerk versierde preekstoel en communiebank. Ook de beschildering van de kerk was na 40 jaar toe aan een opknap beurt. Dit resulteerde in een verfrissing van het interieur, maar hierdoor waren wel de fraaie geschilderde decoraties verdwenen.
In het voorjaar van 1978 vond een grootscheepse restauratie plaats van kerk en pastorie, waarbij nieuwe palen werden geheid ter fundering. Dit werk werd uitgevoerd door vele vrijwilligers uit de parochie, onder leiding van architect Niek Koeleman en bouwbedrijf Gebr. Koeleman. Tijdens die restauratie werd de hal van de school als kerk gebruikt. Op zaterdag 6 mei 1978 kon pastoor van Halteren de gerestaureerde kerk weer in gebruik nemen.
Tussen 2005 en 2007 vond een dure, maar noodzakelijke restauratie plaats van de gebrandschilderde ramen.
En in 2007 en 2021 is de kerk van binnen opnieuw geschilderd. Tevens werd in 2010 de bedekking van de toren, dakgoten en afvoerpijpen vervangen in koper plaatwerk.
Ook de pastorie is diverse keren onderhanden genomen, waarbij in de jaren negentig de spreekkamer tot secretariaat is verbouwd. En na een verbouwing in 2004 kreeg de woonkamer de bestemming vergaderzaal, wat mogelijk was na het vertrek van de laatste pastoor uit de pastorie.
In 2009 vond er een renovatie en uitbreiding van het kerkhof plaats. Door inklinking van de veengrond bleek al snel een aanvullende ophoging in 2012 en 2016 noodzakelijk.
Onder leiding van deskundigen wordt steeds met vele vrijwilligers getracht het kerkgebouw, de pastorie, het terrein en het kerkhof in goede staat te houden.
Hieronder volgt een opsomming van pastoors die in loop van de jaren herder in De Hoef zijn geweest:
Bouwpastoor Dijkman vanaf 15 mei 1920
Pastoor Dijkman “ 10 apr. 1921
Pastoor Hoogveld “ 13 dec. 1922
Pastoor Spruijt “ 15 okt. 1936
Pastoor van de Burgt “ 7 nov. 1947
Pastoor van Soest “ 24 febr. 1956
Pastoor Vredendaal “ 25 jan. 1963
Pastoor Peters “ 16 aug. 1968
Pastoor van Halteren “ 1 sept. 1974 tot 13 december 1983
Vanaf 1980 ontstond er een samenwerkingsverband met de kerk van Mijdrecht/Wilnis, onder leiding van pastoor Röling. Vanaf september 1990 is die samenwerking weer gestopt en kwam de laatste pastoor van De Hoef in de pastorie wonen. Dit was pastoor Kroegman, tot april 2000.
Daarna heeft pastoor Schwenk uit Kockengen tot september 2006 de eindverantwoording gedragen. Opgevolgd door pastoor Griffioen uit Mijdrecht.
Vanaf 1 januari 2010 is parochie H. Antonius van Padua opgehouden te bestaan en maakt de Hoefse geloofsgemeenschap H. Antonius van Padua deel uit van parochie St. Jan de Doper in Vecht en Venen.
In 1946, 1961, 1971, 1981 en 1996 werden respectievelijk het 25-jarig, 40-jarig, 50- jarig, 60-jarig en 75-jarig bestaan van de kerk groots gevierd. Maar in 2021 kon, door de coronapandemie, slechts op sobere wijze op drie momenten aandacht aan het eeuwfeest worden geschonken. Op 10 en 11 april 2021 waren respectievelijk: pastoor den Hartog van parochie St. Jan de Doper en hulpbisschop van Utrecht Mgr. Woorts hoofdcelebrant, er tijdens de H. Missen ter gelegenheid van de viering van het 100-jarig jubileum.
Het ontstaan en het voortbestaan van onze kerk is al meer dan honderd jaar te danken aan de inzet van vele vrijwilligers.