Filippenzen 4: 12 en 13: “Ik weet wat armoede is, ik weet wat overvloed is. Ik ben volledig ingewijd. Ik kan volop eten en ik kan honger lijden, ik ben vertrouwd met overvloed en met gebrek. Alles vermag ik in Hem die mij kracht geeft.”
Maken de omstandigheden de mens of maakt de mens de omstandigheid? Wij denken graag het tweede, dat wij de wereld maakbaar kunnen maken. We ontdekken steeds meer dat we dat niet kunnen en wanneer we denken het voor elkaar te hebben, gebeurt er iets onverwachts en verliezen we de controle. Dat kan heel vervelend voelen en je afhankelijk maken, wat voor velen beangstigend is.
Paulus heeft veel omstandigheden meegemaakt en hij heeft geleerd deze te aanvaarden en op de aanwezigheid en kracht van God te vertrouwen. Dat betekent niet een willoos ondergaan, maar de omstandigheden te aanvaarden en daar vol vertrouwen mee om te gaan. Of je nu veel hebt of weinig. Of er blijdschap is of verdriet. Of je geluk of pech hebt. Alles kun je aan wanneer je deze omstandigheden aanvaard in Gods kracht. Je ontdekt dan dat de omstandigheid jou als mens niet onderuit haalt, maar dat je de omstandigheid aan kunt en je geloof in jezelf als mens niet in de weg staat. Integendeel, het geeft je kracht om de moeilijkheden te overwinnen en er het goede in te zien of er wat van te maken. Zo beheerst het leven niet jou, maar weet je het leven te beheren.