Kinderen van God

Efeze 1: 5 en 6a: “In liefde heeft Hij ons voorbestemd zijn kinderen te worden door Jezus Christus, naar het welbehagen van zijn wil, tot lof van de heerlijkheid van zijn genade.”

Kinderen zijn heel bijzonder. Je hebt een bloedband met hen en dat geeft speciale gevoelens. Voor je kinderen heb je (bijna) alles over en je houdt van ze ondanks hun fouten. Zo kijkt God ook naar ons. We zijn kinderen van Hem doordat Jezus zijn leven heeft gegeven en daarmee een bloedband heeft gecreëerd met iedereen die Hem volgt in de doop. We worden dan van schepselen, waar God ook van houdt, zijn kinderen. We treden dan als het ware toe tot zijn gezin, een speciale verbintenis die, net zoals bij natuurlijke ouders, heel ver gaat in de verbinding die je voelt.

Dat betekent dat we niet zomaar schepselen zijn die het maar uit moeten zoeken. Het betekent dat Hij zeer begaan is met het wel en wee van ons. Hij wil graag bij ons leven betrokken zijn en wij kunnen ons verhaal altijd bij Hem kwijt. We noemen dat bidden, het vertellen wat je bezig houdt en waarmee je druk bent, wat je denkt en voelt en waar je vragen hebt.

Wanneer de relatie tussen ouders en kinderen goed is, dan wordt het leven gedeeld en vertel je als kind aan je ouders wat je drijft en zou willen. Met onze hemelse Vader is dat niet anders. Bidden is zoveel meer dan alleen vragen, het is delen wat het leven is.